In sommige zaken mogen slachtoffers en nabestaanden gebruik maken van het spreekrecht. Het criterium is dat sprake moet zijn van een ernstig delict. Hieronder vallen misdrijven waarvoor de verdachte een gevangenisstraf kan krijgen van 8 jaar of meer en een aantal andere specifiek genoemde misdrijven zoals ernstige mishandeling en bedreiging.
Als slachtoffer of nabestaande van een ernstig delict heb je spreekrecht tijdens de zitting. Tot 1 juli 2016 mochten slachtoffers en nabestaanden van ernstige delicten zich alleen uitlaten over wat het misdrijf voor hen persoonlijk betekent. Vanaf 1 juli 2016 is het echter voor slachtoffers en nabestaanden van ernstige delicten mogelijk om gebruik te maken van onbeperkt spreekrecht. Dit betekent dat slachtoffers en nabestaanden bijvoorbeeld kunnen zeggen wat ze vinden van de schuld van de verdachte en wat de straf zou moeten worden.
Wil je niet spreken of ben je slachtoffer van een misdrijf waarbij je geen spreekrecht hebt? In dat geval kan je een brief schrijven. In die brief kan je opschrijven wat de gevolgen van het misdrijf voor jou zijn geweest. De rechter, de officier van justitie en de advocaat van de verdachte lezen je brief al voor zitting. Het is ook mogelijk dat je brief op de zitting wordt voorgelezen.
Wil je weten of jij in jouw zaak spreekrecht hebt? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.